blijf op de hoogte
Altijd als eerste op de hoogte van de laatste ontwikkelingen? Meld je dan nu aan voor onze automatische updates. Je ontvangt dan een e-mail als wij een nieuwsbericht plaatsen.
Herziene versie, 12 april 2024
De huidige examenprogramma’s zijn verouderd: ze sluiten niet meer aan bij maatschappelijke ontwikkelingen. Daarom heeft SLO van het ministerie van OCW de opdracht gekregen om de examenprogramma's te actualiseren binnen de kaders van het huidige stelsel.
Met de actualisatie van de examenprogramma’s pakken we ook een aantal problemen aan die leerlingen en leraren ervaren in de onderwijspraktijk, waaronder onvoldoende samenhang tussen de vakken en de doorlopende leerlijn po – onderbouw vo – bovenbouw vo. Een belangrijk en actueel probleem voor leerlingen en leraren is de (ervaren) overladenheid van het huidige curriculum. Daar komt bovenop dat de extra inhoudelijke wensen voor het toekomstige curriculum groot zijn. Zo is de aandacht voor Nederlands en wiskunde groot, is er urgentie op burgerschap en digitale geletterdheid en zijn er ook veel maatschappelijke thema’s waarvan wordt verwacht dat deze in het onderwijs worden behandeld. Dat gaat knellen.
Het is van belang dat er een nieuw én uitvoerbaar curriculum komt voor iedere leerling en leraar. Voor de ontwikkelaars van dit nieuwe curriculum voor de bovenbouw van het vo is daarom een tijdsbegrenzing per vak nodig om overladenheid te voorkomen. Alle vakken moeten immers passen binnen de totaal beschikbare tijd en meer tijd voor het ene vak betekent dus ook minder tijd voor het andere vak. Hiervoor heeft het ministerie van OCW aan SLO de opdracht gegeven om een kader ontwerpruimte te ontwikkelen. Ontwerpruimte is de relatieve ruimte die ieder vak mag vullen voor het betreffende examenprogramma op vmbo, havo en vwo. Dit nieuwe kader is nodig omdat de huidige tijdsbegrenzing onvoldoende bruikbaar is voor ontwerpruimte. Voor havo/vwo bestaan studielasturen (SLU), maar er zijn voor het vmbo geen studielasturen vastgelegd. Daarom is voor een adequate actualisatie van de examenprogramma’s een nieuwe tijdsbegrenzing.
Bij het ontwikkelen van het kader is gekeken naar een evenredige verdeling van gelijksoortige vakken en zijn politieke en inhoudelijke wensen meegenomen. De verdeling hangt ook samen met het masterplan basisvaardigheden. Nederlands, wiskunde en maatschappijleer hebben extra ontwerpruimte toegekend gekregen om het grootste gedeelte van de inhouden voor o.a. digitale geletterdheid en burgerschap een plek te geven. Deze vakken worden namelijk door alle leerlingen op vmbo, havo en vwo gevolgd.
Het kader is in opdracht van OCW ontwikkeld door SLO. Onderdeel van de opdracht was dat het kader ruimte biedt voor het versterken van de basisvaardigheden Nederlands, wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid in de bovenbouw. Het kader is gevalideerd door de wetenschappelijke curriculumcommissie, met de Tweede Kamer gedeeld en vastgesteld door het ministerie van OCW als uitgangspunt voor de huidige actualisatie van de examenprogramma's. De vakvernieuwingscommissies hebben het kader als basis meegekregen voor het actualiseren van de examenprogramma’s. Zij zijn niet verantwoordelijk voor de gemaakte keuzes daarin.
De ontwerpruimte geeft een richtlijn mee aan curriculumontwikkelaars voor het actualiseren van de examenprogramma’s. Zo kan het curriculum behapbaar worden gehouden voor leerlingen, leraren en het leren. De ontwerpruimte bepaalt niet de daadwerkelijke onderwijstijd die een leerling krijgt. Sommige leerlingen kunnen immers meer lessen in een bepaald vak nodig hebben dan andere leerlingen. Het kader schrijft ook niet het aantal uren voor elk vak voor dat op de lessentabel moet komen te staan. Het is aan de school om een lessentabel te bepalen die zowel recht doet aan leraren als leerlingen. In de praktijk zal dit het goede gesprek moeten zijn tussen de schoolleiding en vaksecties, mede op basis van de visie van de school in het professioneel statuut en ook met instemming van de medezeggenschapsraad.
Na het opleveren van de conceptexamenprogramma’s worden deze zorgvuldig beproefd in én met de onderwijspraktijk voordat ze definitief worden vastgesteld. SLO ontwikkelt op dat moment, samen met de betrokken scholen, een handreiking. Deze handreiking helpt scholen om inzicht te krijgen in de ruimte/tijd waarvoor elk vak op elke schoolsoort is ontwikkeld, met praktische suggesties voor schooleigen keuzes voor passende lessentabellen.
Altijd als eerste op de hoogte van de laatste ontwikkelingen? Meld je dan nu aan voor onze automatische updates. Je ontvangt dan een e-mail als wij een nieuwsbericht plaatsen.